Houtbouwconstructies zonder achterventilatie van de afdichting worden beschouwd als bouwfysisch kritisch. Vaak wordt vanwege de kosten of de esthetiek afgezien van achterventilatie. Bouwvocht uit aangebrachte vloer- en pleisterlagen en ingesloten bouwvocht vormen al snel een probleem. Het gebruik van vochtvariabele dampremmen heeft het risico op schade niet zo sterk beperkt als gehoopt. SIGA heeft het doel voor ogen om een bijzonder betrouwbare damprem te ontwikkelen.
SIGA keek rond in de natuur en vroeg zich af: Waarom kan een cactus overleven in extreme klimaatomstandigheden zoals hitte en droogte?
Het geheim: “Vochttransport slechts één kant op”.
Hij laat vocht erin, maar niet meer eruit. Hoe kunnen wij dit geniale principe gebruiken voor onze nieuwe damprem?
Na enkele jaren onderzoek en ontwikkeling is het SIGA gelukt om het geheim van de cactus te ontrafelen. Daarvan afgeleid heeft SIGA de Hygrobrid®-technologie ontwikkeld – vochttransport in één richting.
Daar is een bijzonder betrouwbare damprem voor iedere constructie uit ontstaan – SIGA-Majrex® met Hygrobrid® - technologie.
SIGA-Majrex ® zorgt, ook bij hoge bouwvochtigheid (na het aanbrengen van de dekvloer- en pleisterlaag) of bij hoge vochtbelasting tijdens het gebruik, voor nog meer bescherming in de houtconstructie. Dankzij Hygrobrid®-technolgie wordt de vochtophoping binnen de constructie minimaal en het vochttransport uit de constructie maximaal.
Voor aan de buitenkant dampdichte houtbouwconstructies zonder achterventilatie wordt verwezen naar hygrothermische simulaties [EN 15026: 2007; WTA 6-2:2014].
Het IBK in Dresden heeft de bouwfysica-software Delphin verder ontwikkeld, zodat de berekening met richtingsafhankelijke wa- terdamp-diffusieweerstanden gestandaardiseerd kan plaatsvinden.
De Hygrobrid®-technologie kan vanaf nu rekenkundig bewezen worden.
De TU Dresden voerde materiaalmetingen uit in het laboratorium en metingen van bouwdelen op platdakconstructies onder voor de bouw relevante klimaatomstandigheden. De metingen bewijzen: SIGA-Majrex® met Hygrobrid®-technologie vermindert duidelijk de vochtophoping van de constructie ten opzichte van gewone vochtvariabele dampremmers! En vocht dat zich in de constructie bevindt, kan sneller ontsnappen.
Leuk verhaal natuurlijk; luchtdicht bouwen. Goed aansluiten, goede naad- en kierdichting, afplakken, sprayen, tape enzovoort. Maar hoe weet je nou hoe goed (of hoe slecht) luchtdicht je gebouw eigenlijk is? Of hoe controleer je of jouw aannemer de gestelde Qv10 of n50 eis heeft gehaald?
We hebben een aantal manieren voor je op rij gezet. Lees verder voor meer informatie.
Om op dergelijke vragen antwoord te kunnen geven kun je door ons een zogenaamde blower-door-test uit laten voeren. We werken samen met diverse bedrijven verspreid over het land waardoor er altijd iemand bij jou in de buurt zit. De prijs is dus altijd scherp zonder hoge voorrijkosten.
Bij een blower-door-test wordt een grote ventilator in één van deuropeningen gehangen waarmee het gebouw op overdruk of onderdruk wordt gezet. Of beter nog op over- én onderdruk. Door het druk verschil stroomt er lucht door alle naden en kieren van het gebouw. De hoeveelheid lucht die gemeten wordt is een maat voor hoe 'lek' je gebouw is.
Waarschijnlijk door de onbekendheid die de blower-door-test nog heeft kom je ook veel andere termen tegen. Bijvoorbeeld, blowerdoor meting, blower test, blowerdoor test, luchtdichtheidstest, luchtdichtheidsmeting, pressurisatietest, opblaasproef, dummydeurtest en meer van deze soortgelijkige woorden. Hoe je het ook omschrijft, ze bedoelen uiteindelijk allemaal hetzelfde; het door drukverschil meten van luchtlekkage door de gebouwschil.
Vaak wordt tijdens de test gebruik gemaakt van een apparaat dat rook produceert. Lucht kan je vanzelfsprekend niet zien. De blower-door apparatuur meet wel lekkage, maar je kan niet zien waar dat is. Met behulp van de geproduceerde rook wordt dat wel zichtbaar. Op de plekken van de lekkage verdwijnt of verschijnt de rook. Hoe sneller de rook verschijnt en hoe meer rook er komt hoe groter de lekkage is. Een geoefend oog kan uit het patroon van de stroom heel veel informatie halen.
Een andere methode die heel veel inzicht geeft in de luchtlekkages is opnames maken met een thermische camera. Afhankelijk van of er over- of onderdruk in het gebouw is tekenen lekkages zich af als warme of koude plekken op de foto. Ook hier ontstaan vaak 'vlam'-patronen die duidelijk wijzen op luchtlekkage. Groot voordeel van het gebruik van de thermische camera is dat voorafgaand aan de blower-door-test ook de kwaliteit van de isolatie in beeld gebracht kan worden. Dubbel voordeel dus.
In Jan-Peter hebben wij een uiterst kundige en betrouwbare partner getroffen. Samen kunnen we u helpen bij het luchtdicht maken van uw bouwproject. Door zijn ruime ervaring in de Nederlandse bouwpraktijk weet hij net als Dirk Jan precies waar het om gaat. Kwalitatief perfecte producten zijn belangrijk. Maar het op de juiste wijze en op het juiste moment aanbrengen van deze producten is eigenlijk nóg belangrijker.
Neem contact met ons op en Dirk Jan of Jan-Peter komt bij u langs en vertelt u alles over luchtdicht bouwen, de producten van SIGA en het vakmanschap dat luchtdicht bouwen vraagt van u of uw medewerkers.
Met ingang van 1 januari geldt de nieuwe EPC van 0,4. Deze coëfficiënt is een getal zonder eenheid. Dat is wellicht ook de reden dat het de meesten van ons niets zegt. Wel weten we allemaal dat hoe lager het getal is, hoe energiezuiniger het gebouw. Of dat in de praktijk ook zo is laten we voor nu maar even in het midden.
Sinds de verlaging van de EPC is ook de rekenmethodiek aangepast waardoor het nu zinvol kan zijn te kiezen voor een lagere Qv10 waarde. Huh? Mag je die zelf kiezen dan?
Ja, er is tot op heden maar één eis t.a.v. luchtdichtheid van een gebouw en die is vernoemd in het bouwbesluit. Deze zegt dat de “luchtvolumestroom van het totaal aan verblijfsgebieden, toiletruimten en badruimten” niet meer mag zijn dan 0,2m3/s. 0,2m3?!? Maar dat is me nogal wat! Dat is 200 liter. Elke seconde. Ofwel 720m3/uur. En al die lucht moet je wel warm stoken….
Vandaar ook dat men bij het maken van een EPC berekening er vaak voor kiest om wel een eis te stellen aan de luchtdichtheid van een gebouw. Maar hoe zwaar die eis is, dat is dus de keus van degene die de berekening maakt, vaak de ontwerper van het gebouw. Getallen die je veel tegenkomt in zo’n berekening zijn 0,98 dm3/s/m2, 0,625 dm3/s/m2, 0,4 dm3/s/m2 en heel af en toe 0,15 dm3/s/m2.
De Qv10 geeft de hoeveelheid lucht per seconde per m2 gebruiksoppervlak aan die door de schil van de woning trekt (infiltreert) bij een druk verschil van 10 Pascal aan de ene (loefzijde) en de andere (lijzijde) kant van de woning. Ter vergelijking; 10 Pascal ontstaat bij een kleine windkracht 2.
Nee dus. Zoals gezegd, de eis die gesteld wordt voor de luchtdoorlaatbaarheid wordt bepaald door de ontwerper. Als je de EPC haalt met andere maatregelen (denk aan douche-WTW, warmtepomp, PV-panelen etc.) dan mag de Qv10 bijv. gewoon 0,98 dm3/s/m2 zijn. Als je ontwerpt voor wooncomfort dan leg je de lat natuurlijk hoger.
Wat is dat dan nog? Eigenwijs als wij Nederlanders zijn werken wij dus met de Qv10. Maar vrijwel alle landen om ons heen werken met de zogenaamde n50-waarde. Dit is volumestroom die ontstaat bij een drukverschil van 50 Pascal. In het dagelijks leven een windkracht 4 à 5. En dat is volgens mij veel duidelijker. Want wat is het nut te weten hoe lek je woning is bij bijna windstil weer terwijl we in een land wonen waar het vrijwel altijd waait?
Een tweede verschil is dat de n50 niet wordt uitgedrukt in dm3/s/m2 maar in m3/uur. En om precies te zijn worden die m3’s gerekend naar het volume van een gebouw. Dat wil zeggen dat als een woning 500m3 is en hij lekt (infiltreert) in een uur tijd 300m3 bij 50 pascal de n50 waarde 0,6/uur is. De inhoud waarover gesproken wordt is de letterlijke inhoud. Dus binnen de buitenmuren, vloer en dak en zonder binnenwanden, schachten etc.
Je hoort mensen wel eens zeggen: “we hebben de woning getest en we hebben echt een goede waarde gehaald! Wel 0,6!. Heel belangrijk dan even te vragen of het gaat over een Qv10 waarde of een n50 waarde. Want in het geval van n50 is het inderdaad een heel mooi resultaat. Maar in het geval van Qv10 heb je eigenlijk nog niet zo heel veel bereikt….
Mijn bescheiden mening; Als de overheid serieus werk wil maken van energiebesparing en daarmee CO2 reductie, dan moet er een stevige eis komen te liggen voor de luchtdichtheid van een gebouw. Minimaal 0,4 maar beter nog 0,15. Daar wordt iedereen blij van en niet in de laatste plaats de bewoner vanwege zijn tochtvrije en zeer energiezuinige woning. Ennuh… Die 0,4, is dat Qv10, n50 of hadden we het nou toch over EPC? ;-)
-Dirk Jan Karsten, Luchtdichtshop-
In dit artikel willen we je graag uitleggen wat de verschillende gangbare ventilatiesystemen zijn. We hebben het dan niet over merken van apparaten, maar over methodes om te zorgen dat je woning van binnen fris blijft. Tevens geven we per variant aan wat de voor- en nadelen zijn. In alle gevallen geldt dat hoe beter naden en kieren luchtdicht gemaakt worden, hoe beter het gekozen systeem functioneert. Lees hier alles over de voordelen van luchtdicht bouwen.
Af en toe hoor je een aannemer of installateur wel eens praten over systeem C of systeem D. Maar wat bedoelen ze daar nou mee? We kennen verschillende manieren van ventileren en deze zijn in te delen in 4 klassen: A, B, C of D. Sinds 2006 is het verplicht een ventilatiesysteem aan te leggen bij nieuwbouw of grondige renovaties. Systeem A komt bij woning gebouwd na die tijd niet meer voor. Maar bij heel veel woningen van voor 2006 dus nog wel.
Natuurlijke afvoer en toevoer
Systeem A is eigenlijk geen systeem. Dat wil zeggen de lucht komt de woning binnen via roosters of open ramen en gaat ook naar buiten via roosters en open ramen. Dat gebeurt op natuurlijke wijze, door schoorsteenwerking en door wind die tegen de gevel blaast. Hierdoor ontstaat een luchtstroom door de woning die zorgt voor frisse lucht.
Voordelen:
|
Nadelen:
|
Mechanische toevoer, natuurlijke afvoer
Bij systeem B wordt door een ventilator frisse lucht de woning in geblazen. Via een kanalensysteem komt deze lucht in de keuken, woonkamer en slaapkamers. Door roosters in de badkamer, toilet en eventueel bijkeuken wordt het teveel aan lucht weer afgevoerd.
Voordelen:
|
Nadelen:
|
Mechanische afvoer, natuurlijke toevoer
Systeem C wordt veel toegepast. Een afzuigventilator zuigt vuile lucht af in badkamer, toilet en (bij)keuken, alle 'vuile' ruimtes laten we maar zeggen. Door de onderdruk die ontstaat wordt lucht aangezogen via roosters in de gevel in de 'frisse' ruimtes als slaapkamers, woonkamer en keuken. Meest voorkomend zijn de ventilatieroosters in een kozijn.
Voordelen:
|
Nadelen:
|
Mechanische afvoer, mechanische toevoer
In geval van systeem D spreken we over balansventilatie. Een ventilatorbox zuigt vuile lucht af in badkamers, toiletten en (bij)keuken. Dezelfde box voert frisse lucht naar de slaapkamers, woonkamer, keuken en andere ruimtes waar behoefte is aan frisse lucht. Meestal wordt zo'n ventilatorbox voorzien van een warmtewisselaar zodat de warmte uit de afgezogen lucht overgedragen wordt aan de frisse buitenlucht. Warmte-terug-winning of WTW heet dat. Er wordt ook wel gesproken over WTW-box.
Voordelen:
|
Nadelen:
|
Zoveel mensen zoveel wensen. Maar om je toch wat in de richting te helpen. Systeem A mag bij nieuwbouw en grondige verbouw niet meer worden toegepast. Dus die valt in eigenlijk alle situaties af. Systeem B wordt in Nederland vrijwel niet toegepast, voor om de genoemde nadelen.
Over de keuze tussen systeem C en D zijn hele boeken geschreven. Het ligt er erg aan waar je het zwaartepunt van je weging legt. Wij zijn geneigd te zeggen dat bij een zeer energiezuinig gebouw alleen systeem D past, mits goed en vakkundig aangelegd.
Heb je vragen naar aanleiding van het lezen van dit artikel of wil je dat we gewoon eens met je meedenken? Schroom niet om contact op te nemen. We adviseren je graag hierin!
NEEM CONTACT MET ONS OP
Ventilatie en luchtdicht bouwen. Dat klinkt als twee tegenstrijdige begrippen. Graag leggen wij je uit dat het alles behalve tegenstrijdig is. Hoe luchtdichter je bouwt, hoe beter je kan ventileren. Ook dat klinkt tegenstrijdig maar na het lezen van dit artikel snap je precies wat we bedoelen.
In de hedendaagse bouwpraktijk is alles er op gericht om comfortabele, kwalitatief goede en vooral energiezuinige woningen te bouwen. Daardoor is er steeds meer aandacht voor isolatie, kierdichte aansluitingen en betere kozijnen. Niet in de laatste plaats omdat de overheid steeds hogere eisen stelt om onze CO2-uitstoot terug te dringen. Maar als we de woningen alleen maar dichter en dichter maken kunnen problemen ontstaan met de luchtkwaliteit. Daarom is een goed ventilatie van levensbelang.
Luchtkwaliteit
Als we ademen gebruiken we zuurstof (02) en produceren we koolstofdioxide (CO2) en ademvocht. Het geproduceerde CO2 en vocht moet weg kunnen en de gebruikte zuurstof moet worden aangevuld. Er zal lucht van binnen naar buiten moeten. Ventileren dus.
Vocht afvoeren
Niet alleen via onze adem produceren we vocht, maar we brengen op veel andere manieren vocht in onze woning. Ook onze planten en huisdieren produceren vocht. En tijdens het koken, de was doen en douchen/in bad gaan komt ook veel vocht in de lucht. Tot op zekere hoogte is dat goed, te droge lucht vinden we ook niet prettig. Maar als vocht niet weg kan, gaat het uiteindelijk condenseren op bijvoorbeeld de kozijnen of muren. Hierdoor krijgen schimmels de kans zich te ontwikkelen. Van die zwarte plekken op je muur zijn in de eerste plaats geen gezicht, maar ook ook nog een onwijs slecht voor je gezondheid.
Door te ventileren raak je het overtollige vocht kwijt waardoor de lucht droog blijft en schimmels geen kans krijgen.
Gezondheid
Frisse lucht is essentieel voor een comfortabel gevoel. Niets vervelender dan die bedompte muffe lucht. Bekende gezondheidsproblemen als gevolg van slechte ventilatie zijn astma, hoofdpijn, vermoeid gevoel, concentratieproblemen en ga nog maar even door. Vervelend dus. En makkelijk te voorkomen. Zorg gewoon voor actieve ventilatie en al deze problemen zijn verleden tijd.
Een open deur is natuurlijk: "het raam open zetten". En dat is voor ventilatie inderdaad altijd goed. Maar alleen een raam open is niet altijd voldoende. De meeste mensen zetten het raam niet wagenwijd open als het buiten koud is. Of hard waait. Zonde van de energie natuurlijk en ook zeer oncomfortabel. Daar komt nog bij dat niet elke ruimte (denk aan inpandig toilet) een te openen raam heeft.
Het beste is dus dat je zorgt voor een constantie luchtstroom. Door het aanleggen van een mechanisch ventilatiesysteem. Op die manier kan je zorgen dat elke ruimte altijd voldoende verversing heeft afhankelijk van het gebruik van die ruimte. Elk ventilatiesysteem heeft natuurlijk voor- en nadelen, lees meer daar over in dit artikel.
Er zijn verschillende ventilatiesystemen op de markt. Professionals hebben het vaak over systeem A, B, C of D. Voor elk systeem zijn van diverse fabrikanten vele mogelijkheden te koop. Wil je hier meer over weten? Klik dan hier.
En hoe zit dat nou met ventileren en luchtdicht bouwen? Als je gebouwschil niet luchtdicht is ventileer je niet alleen via je ventilatiesysteem maar ook nog eens onbewust (en vaak onbedoeld) door naden en kieren. Dit noemen we infiltratie. Bij veel bestaande gebouwen verdwijnt door infiltratie zelfs meer lucht dan via het eigenlijke ventilatiesysteem. Door infiltratie ontstaat tocht en het mag duidelijk zijn dat dit ook een hoop energie kost.
Ook bij veel nieuwere gebouwen is vaak geen aandacht besteed aan luchtdichte aansluitingen. En hier komt dan een ander, wellicht veel groter, probleem om de hoek kijken. Nieuwere gebouwen zijn namelijk vaak wel flink geïsoleerd. En dan ontstaat in de naden en kieren het gevaar van condens. Lucht koelt onderweg door de naad naar buiten af en waterdamp in die lucht zal op een gegeven moment condenseren op het koude oppervlak. Gevolg hiervan kunnen vochtplekken en houtrot zijn, met als gevolg schimmelgroei. En dat is gevaarlijk voor je gezondheid. Deze problemen openbaren zich vaak pas als het al veel te laat is.
Als je daarentegen zorgt voor een goede luchtdichte schil kan je veel beter regelen hoeveel en waar er geventileerd wordt. Dat betekent dat elke ruimte voldoende frisse lucht kan krijgen zonder dat je tochtverschijnselen krijgt en zonder onnodig energieverlies. Ook is het gevaar van condens in de constructie verleden tijd waardoor de kwaliteit van een gebouw sterk verbeterd.
Ga je verbouwen of nieuw bouwen? Of laat je het doen door een professional? Vraag hem of haar dan te zorgen voor een luchtdicht gebouw of verbouwing. Ook wij willen jou en je aannemer daar graag bij helpen. We adviseren over detaillering en materiaal gebruik en kunnen eventueel begeleiden op de bouwplaats.
Op 11 mei waren we op bezoek in Laren. Daar werden HSB elementen volgeblazen met cellulosevlokken. Wij laten je in deze video zien hoe dit in z'n werk gaat.
De woning is Laren is niet alleen qua architectuur bijzonder. Ook de bouwmethode is vrij uniek. De gebruikte materialen zijn zeer duurzaam. Eigenlijk het gehele casco is gemaakt van hout. Houten gelamineerde spanten zorgen voor de draagstructuur. Holle houtskeletbouw elementen zijn vervaardigd van OSB, vuren regels en Homatherm houtvezelisolatie.
Ook de kozijnen zijn volledig gemaakt van een zeer duurzaam product. Accoya is de productnaam van naaldhout dat zodanig behandeld is dat het een zeer lange levensduur krijgt en zeer vormvast is. Daarnaast is het ook nog een erg mooi om te zien en wordt bij deze woning dan ook onbehandeld toegepast. Geen onderhoud en geen milieubelasting door de verf dus
Door de gekozen wandopbouw wordt het gezien als een dampopen constructie. Dit houdt in dat vocht van buiten, maar ook vocht uit de woning vrij kan bewegen van binnen naar buiten en vice versa. Dit zorgt voor een zeer aangenaam binnenklimaat. Heel belangrijk hierbij is wel dat alle details zeer luchtdicht worden uitgevoerd. We zijn dan ook vanaf de ontwerpfase al betrokken en hebben het aanbrengen van de tapes van begin tot eind begeleid.
Cellulose is een ecologische isolatie. Het wordt gemaakt van oude kranten en is volledige recyclebaar. Het kan goed omgaan met vocht uit de woning en werkt sterk warmte bufferend. Daarnaast is het zeer brandveilig. Groot voordeel in onze ogen is het inblazen op het werk. Hierdoor ontstaat een naadloze isolatielaag waarbij alle hoeken en gaten flink gevuld zijn. Door de kracht waarmee wordt ingeblazen en de stijfheid van het materiaal is het zakken van de isolatie, zoals dat bij bijv. glaswol nog al eens voor komt, geheel niet aan de orde. Bovendien is het niet eens veel duurder dan de reguliere materialen. Al met al wat ons betreft een aanrader!
In de workshop benaderen we luchtdichtheid eigenlijk altijd van de positieve kant. We laten ziet hoe je zaken goed aansluit om een goede luchtdichte schil te krijgen. Een van de deelnemers merkte op dat het wellicht veel indrukwekkender zou zijn als je zou laten zien wat er gebeurt als je niet goed luchtdicht bouwt. Dit werd beaamd door veel van de andere deelnemers.
Ergens zijn we het met deze deelnemer eens. Vandaar dit artikel. Luchtdichtheid geeft in de eerste plaats comfort. Gebrek aan luchtdichtheid geeft bewoners het gevoel van tocht. Iedereen kent de onverklaarbare kou in de nek of de 'koude golf' in de woonkamer. Niet in beeld te brengen, maar al te herkenbaar.
Veel beter in beeld te brengen zijn de gevolgen van een slechte luchtdichtheid. Waar in veel gevallen nog wel gedacht wordt aan een dampremmende laag, wordt deze nog maar zelden afgetaped. Om nog maar niet te spreken van het luchtdicht aansluiten van deze dampremmer op wanden, vloeren en plafonds.
Daar waar de dampremmer niet goed aangesloten is kan warme, vochtige lucht in de constructie verdwijnen en voor condens zorgen met schimmelvorming en verrotting als gevolg.
Naden aftapen met duct tape zoals te zien op deze foto is natuurlijk totaal zinloos. Door de oplosmiddelen in de lijm van ducttape laat deze vaak na 1 a 2 jaar los. Op dat moment is het dampscherm alsof er totaal niet getaped is en het enige dat je bereikt hebt is dat de schimmelvorming een jaar wordt vertraagd. Let dus goed op welke materialen je gebruikt. Een goede luchtdichte aansluiting kan je maar een keer maken. Daarna wordt het altijd lapwerk.
Vocht zal door dampdiffussie altijd bewegen van warm (binnen) naar koud (buiten). Slechts op de momenten dat het buiten warmer is dan binnen kan damptransport ook omgekeerd plaats vinden. Als het vocht op de weg naar buiten een sterk dampremmend oppervlak tegenkomt zoals bijvoorbeeld een dakbedekking dan hoopt het zich op. Zo erg zelfs dat er binnen lijkt alsof er lekkage is ontstaan. Het rottingsproces gaat in deze relatief warme en vochtige omstandigheden zo snel, dat constructies binnen een paar jaar totaal verrot kunnen zijn.
Deze problemen zijn te voorkomen door een absoluut luchtdichte laag aan de warme zijde van de constructie. Als je er dan voor zorgt dat de constructie aan de buitenzijde met ongeveer een factor 10 meer dampopen is dan de binnenzijde kan vochtophoping nooit optreden. Dit vraagt een goede detaillering en de keuze voor de juiste materialen. Laat u hierin altijd heel goed adviseren door iemand met veel kennis van bouwkunde en bouwfysica. Onze adviseur kan u hier uiteraard bij helpen.
Oh ja, we zouden het bijna vergeten. Een goede luchtdichte schil bespaart ook nog eens een hoop energie! En dat is niet alleen belangrijk voor uw portemonnee maar ook voor ons milieu...
Als er één onderwerp is dat we steeds meer tegenkomen in de huidige bouwpraktijk is dat wel luchtdicht bouwen. En dat is ook niet zo gek. Steeds meer mensen zijn bezig met het terug brengen van hun energiegebruik. Sommigen uit kostenoverweging, anderen omdat ze een betere wereld willen. Wat je overweging ook is, een luchtdicht gebouw is bijna per definitie een energiezuinig gebouw.
Wij zijn van mening dat, hoewel energie besparen natuurlijk een heel belangrijke overweging is, de kwaliteit die je levert met een goed luchtdicht gebouw de belangrijkste reden is om te investeren in een luchtdichte schil. Alleen daarom al zou er een wettelijke eis moeten komen voor de mate van luchtdichtheid.
Condens, schimmel en uiteindelijk verrotting van gebouwdelen zijn het resultaat van slecht gedetailleerde aansluitingen. Gelukkig ontstaat langzamerhand het besef dat dit beter moet. En beter kan!
Nog een belangrijk voordeel van een luchtdicht bouwen is dat het de veel voorkomende klacht van tocht of 'koude golf' in een ruimte geheel weg kan nemen. Bij een 'traditioneel' gebouw zijn er veel aansluitingen waar warme lucht van binnen naar buiten kan ontsnappen en tegelijkertijd dus koude lucht van buiten naar binnen wordt aangevoerd. Elk gaatje of kiertje op zich zorgt niet gelijk voor een probleem, maar de optelsom van al die piepkleine openingen samen zorgen wel voor die ongewenste en zeer onprettige luchtbeweging.
Ben je bezig met de voorbereiding van een verbouwing van je woning? Of zelfs met nieuwbouwplannen? Laat een luchtdichte schil daar dan onderdeel van zijn. Ook als je niet de hele woning aanpakt. Doe wat je wel doet in elk geval zo goed mogelijk. Kozijnen vervangen? Sluit ze luchtdicht aan! Dakkapel plaatsen? Zorg voor luchtdichte details. Zo kom je bij elke stap een beetje dichter bij een zeer comfortabele en energiezuinige woning. Laat ons je helpen. We adviseren je graag over de mogelijkheden.
Als je naden en kieren dicht gaat maken, komt er (veel) minder lucht vanzelf van buiten naar binnen. Dat is uiteindelijk waar je het voor doet. Maar let wel op dat naarmate je schil beter wordt, het belang van actieve ventilatie groter wordt. Ventilatieroosters en ramen open kunnen natuurlijk altijd. Maar wat als je de roosters dicht zet? En het buiten te koud is om het raam de hele dag open te hebben? Dan biedt een ventilatie installatie uitkomst. Die zijn er in diverse soorten en maten. Ook op dit gebied helpen we je graag bij het maken van de, voor jou, juiste keuze. We hebben daar een heel artikel aan gewijd. Klik hier om het te lezen.